Kaperslied
KAPERSLIED
(R. Van Het Groenewoud / J. Verminnen)
Je sprak van een boot die we zelf gingen tuigen
met een mast en met zeilen, de kapersvlag in de top
Jij was de kapitein die ons wou overtuigen
met hem te varen doorhet ruime sop
REFREIN
Maar waar is nu die boot, is hij al gezonken
nog voor hij de zee zag in het verschiet?
Waar is nu de moed van al die stoere zeebonken
De juichkreet Ahoy, die hoor ik nog niet
De kapers met woorden “we gaan het eens doen”
met veel praal en bravoure, en hou de kop hoog op
met verzonnen wapenfeiten, fier op hun blazoen
gaven hun plannen zonder schipbreuk al op
Morgen komen er anderen die een schip willen bouwen
met een mast en met zeilen, kapersvlag in de top
misschien zingen ze ook na blind te vertrouwen
na geënterde dromen, hopeloos in het slot