Ouwe maten

NIEUWS
05 Feb 2021

Ik werd met een wrang gevoel wakker. Jan De Troyer, mijn trouwe technicus, meldde mij dat Kris De Bruyne overleden was. Ik wist natuurlijk dat Kris leed aan een onverbiddelijke ziekte, maar toch overviel mij een intriest gevoel. Ik heb mij altijd als een zielsverwant van hem beschouwd. We zijn generatiegenoten en stonden vaak op dezelfde planken in de vele zalen van ons land.

Zijn broer Koen was ook jarenlang mijn pianist en wat voor één!

Kris was een eigenzinnig en talentvol artiest. Hij had een eigen, karakteristieke stem en schreef prachtige liedjes. We bezochten dezelfde kroegen zoals de “Grimlach “in Grimbergen.

Terwijl ik op de radio ‘Lieve Jacoba ’ hoor dat hij componeerde op een gedicht van Jan Arends, denk ik met weemoed aan hem terug. Je moet maar eens luisteren naar zijn “Ook voor jou” een wondermooie LP, en je beseft hoe groot zijn talent was.

Kris was zeventig en dat word ik binnenkort ook… Het confronteert mij met de vergankelijkheid van ons bestaan. Wie blijft nu nog over van die rijke kleinkunstgeneratie? Ik zal een strofe aan mijn lied “Ouwe maten” moeten toevoegen.
Ik denk aan Jan De Wilde, Urbanus, Willem Vermandere, Raymond en besef dat wij hier verweesd achterblijven. Het wordt druk daarboven!

Nee Kris , jij was geen peulschil, want de peulschillen, dat zijn wij

Johan Verminnen

P.S. Luister eens naar ‘Afscheid van een stad’ op mijn album “Vroeger en later”, daarop zingen Kris en ik samen

 

Afbeeldingen